Wanneer iemand zich niet houdt aan de wettelijke regels, mogen bestuursorganen sancties opleggen. Zo kan het geval zich voordoen dat een ondernemer het toestaat dat de gasten in zijn café roken. Hiermee overtreedt hij de Tabakswet. Bestuursorganen mogen sancties opleggen. De last onder dwangsom is zo'n sanctie.

 

Wat zegt de wet?

De last onder dwangsom is in de wet opgenomen als een herstelsanctie. Deze sanctie is gericht op het beëindigen van de overtreding. Wanneer het wordt opgelegd door een daartoe bevoegd bestuursorgaan, moet de overtreder de overtreding zelf geheel of gedeeltelijk binnen een bepaalde termijn (ook wel de begunstigingstermijn genoemd) ongedaan maken. Gebeurt dit niet tijdig, dan volgt er een verplichting tot betaling van een geldsom. 

 

Begunstigingstermijn

De overtreder wordt de tijd gegund om weer aan de norm te voldoen. Er is geen wettelijke termijn aan verbonden. De termijn wordt per incident bepaald en is afhankelijk van de aard en ernst van de overtreding en de aard van de maatregelen die moeten worden genomen door de overtreder. De termijn moet lang genoeg zijn voor de overtreder om de overtreding te herstellen, maar niet zo lang dat het lijkt alsof de overtreding wordt gedoogd.

 

Dwangsom

De geldsom kan bestaan uit een vast bedrag, een bedrag per tijdseenheid of een bedrag per overtreding. Het bestuursorgaan is wettelijke verplicht een maximaal bedrag vast te stellen. De dwangsom kan per tijdseenheid of overtreding oplopen tot dit maximale bedrag, maar mag er niet overheen gaan.

Er bestaan één wettelijke regel voor het bepalen van de hoogte van de dwangsom. Dat is dat deze moet worden vastgesteld op basis van redelijkheid: de dwangsom moet in redelijke verhouding staan met de zwaarte van het geschonden belang en met de beoogde werking van de dwangsom. Er is geen maximum in de wet te vinden.

 

Verjaring

Wanneer de begunstigingstermijn is afgelopen en de overtreder nog niet aan de norm voldoet, mag het bestuursorgaan de dwangsom innen. Wanneer hij dit niet binnen een jaar doet, verjaart zijn inningsbevoegdheid. Dat wil zeggen dat hij de bevoegdheid niet meer mag uitoefenen. De betaling mag dan niet meer worden afgedwongen. 

 

Voorbeeld

Een last onder dwangsom kan als volgt opgelegd worden:

De overtreding:          het afwijken van een voorschrift van een horecavergunning
Hoogte dwangsom:     € 400,- per overtreding
Maximum:                 € 4.000,-
Begunstigingstermijn: 8 weken

De overtreder heeft acht weken de tijd om de overtreding te herstellen. Wanneer hij na acht weken nog steeds in overtreding is, dan moet hij een dwangsom van € 400,-  per geconstateerde overtreding betalen. Dit kan oplopen tot een maximum van € 4.000,-.